dinsdag 31 maart 2015

Dinsdag 31 maart 2015, dag 29, Villafranca Montes de Oca - Atapuerca 18 km

Na het ontbijt met een bang voorgevoel de Montes de Oca in want volgens de profielschets in ons Michelingidsje wordt dat een flinke klim. Het valt uiteindelijk nog mee en tachtig minuten later staan wij boven op de Alto de la Pedraja (1163 m). Ter vergelijking: Lieve en Ivan deden hier de helft over :-) . Wij zijn geen geboren klimmers en tussendoor moesten wij ons een paar maal vestimentair aanpassen. Bovendien heeft men op de camino voor dergelijke situaties een schitterende uitspraak: ieder zijn eigen camino. Zijn eigen snelheid, zijn eigen rustpauzes, zijn eigen drank- en eetgewoontes, zijn eigen  motivatie, ... Wat dat laatste betreft: sinds een paar dagen cirkelt hier een Amerikaan rond die de camino doet om te verwerken dat zijn lief hem dumpte. Onder ons: alle begrip voor die vrouw!

Boven op de Alto de la Pedraja staat een monument voor zestig republikeinen die hier al in 1936 - bij het begin van de burgeroorlog - door de franquistische opstandelingen werden gefusilleerd en in een massagraf gedumpt. Een Spaanse vrouw met het hart op de juiste plaats wil ons absoluut de achtergrond van het monument schetsen en het kost ons enige moeite om haar duidelijk te maken dat dat in ons geval echt niet nodig is. 'Hun dood was niet nutteloos, hen fusilleren was dat wel' staat op de gedenkzuil.








Na een even korte als steile afdaling en een even korte als nijdige klim volgt een kilometerslange wandeling door een bos van eiken en sparren met een ondergroei van heide (hier en daar al in bloei) en jeneverbes. Weer eens een ander biotoop en wij missen Wouter Mertens om de vogels te identificeren. Het boscomplex is doorsneden met brandgangen en halfweg een van die brandgangen heeft een slimme Spaanse haar auto geparkeerd en de inhoud uitgeladen: picknicktafeltje, enige vouwstoelen en een paraplu, bierblikjes en flessen water en frisdrank, appelsienen en bananen. Alles in aanbod tegen donativo (je geeft wat je wilt). Wij tafelen er even met vier Schwizerdütscher. Een spreekt gelukkig Hochdeutsch. Als wij ze daarna in San Juan de Ortega terugzien gaan wij samen op de foto.



Riet had ons gemaild dat San Juan de Ortega zo een mooi kerkje had, maar het hele dorpje is fantastisch en men is het helemaal aan het restaureren. In 2014 was de Camino de Santiago 20 jaar werelderfgoed en om dat te vieren zet men 20 'hitos' of mijlpalen in de schijnwerpers en een van die twintig is het geheel van San Juan de Ortega. De buitenkant van de kerk is al gerestaureerd en nu is men bezig met de restauratie van het oude pelgrimshospitaal en het bijhorende hiëronymietenklooster. Daarin komen alvast een nieuwe gemeentelijke albergue en een studiecentrum rond de camino. De muren en het altaar van de kloosterkapel zijn al afgewerkt. Jullie krijgen in avantpremière een zicht op het gerestaureerde altaar. San Juan de Ortega, genoemd naar een discipel van San Domingo de la Calzada, wordt binnen enige jaren een publiekstrekker op de camino!





En dan verder naar Atapuerca, tot voor enige maanden ons totaal onbekend. In het Nationaal Archeologisch Museum van Madrid konden wij toen lezen dat dit een vindplaats is van fossielen en werktuigen die toebehoren aan de oudste 'Europeanen'. In die zin zou Atapuerca binnen enkele jaren even bekend moeten zijn als Lascaux of Altamira. Bij het naderen van Atapuerca zagen wij al een groot grijs gebouw, mooi ingeplant in het landschap. Wij dachten aan een fabriek, maar het blijkt het educatief centrum te zijn. Hier noemen zij dat een Centro de interpretación. Naast San Juan nog een reden om hier ooit nog eens terug te komen. Wat een gevulde dag! En wij kunnen geen infobord voorbijstappen zonder de inhoud even te lezen. En elke openstaande deur is een uitnodiging om even binnen te kijken. Niet te verwonderen dat het weer na vijven is als wij onze albergue binnentrekken.



maandag 30 maart 2015

Maandag 30 maart 2015, dag 28, Castildelgado - Villafranca Montes de Oca 22,5 km


Het hotel dat wij gisteren betrokken heet 'El Chocolatero' en heeft blijkbaar een band met een achtergelegen chocoladefabriek(je). In de traphal een glasraam over de cacao-oogst. Op de lijst van desserten diverse chocoladebereidingen. En als klap op de vuurpijl zit een hotelgaste al om 7.43 'churros con chocolate' te eten als ontbijt. Ongelooflijk hoe een anders heel delicate maag deze hoeveelheid chocolade kan verwerken. Het gebeuren zal bij bepaalde lezers wel mooie herinneringen oproepen.

Om 8.30 zijn wij al op weg want wij moeten onze twee kilometer van gisteren ook inhalen! Wij zijn vlug in Viloria de Rioja, de geboorteplaats van Santo Domingo (die van de steenweg) en ons oorspronkelijk doel van gisteren. De eerste 11 km stijgen  niet zo fors, maar wel gestaag en dat bekomt Rozemie niet goed. Het gaat moeizaam. Tegen  de middag zijn wij in Belorado waar wij op de kerktoren zo maar eventjes vier ooievaarsnesten zien.

Belorado claimt de oudste geschreven marktrechten van heel Spanje te hebben, op de markt is er markt en op de markt genieten wij in de zon van een Spaanse broodmaaltijd. Het traject in de namiddag valt heel goed mee en even na vijf uur zijn wij al in Villafranca Montes de Oca. Het stadje wordt middendoor gesneden door de drukke N-120 (Logroño - Burgos) met heel veel vrachtverkeer. De eerst twee privé-albergues die wij 'prospecteren' liggen er pal naast ... De albergue municipal ligt er wat verder af, maar werd ons ontraden door Riet. Omdat hij zich aankondigt als 'nuevo albergue municipal' geven wij hem nog een kans, maar het enige wat aangeboden wordt zijn twee bedden in een kamer met zeven bedden waarvan drie al bezet door 'ciclistas'. Sorry Pros, maar dat zagen wij niet zitten.



Wij opteren dan maar voor de oplossing die Lieve en Ivan vóór ons al kozen. In het voormalige pelgrimshospitaal van Villafranca zit nu het *** Hotel San Anton Abad en in een annex heeft dat hotel een albergue ingericht.  Prachtig gelegen, even weg van de N-120 en in de schaduw van de parochiekerk (met een mooi Jacobsbeeld in het altaarretabel). De kerk ligt tussen hotel en weg in en houdt het lawaai van het vrachtvervoer tegen. Wij opteren net als Lieve en Ivan (hartelijk dank voor de tip!) voor een iets duurdere kamer van € 10 per persoon, liggen zo alleen op een kamer van 16 bedden en krijgen ook nog een superlekker pelgrimsmenu (€ 12) en morgenvroeg een ontbijt (€ 4). Alles samen dus € 52 voor twee personen in halfpension en dat in een schitterend kader. Wie doet beter?

zondag 29 maart 2015

Zondag 29 maart 2015, dag 27, Santo Domingo de la Calzada - Castildelgado 12.5 km

Onze keuze voor het pension gisteren was onder andere ingegeven door de bedenking dat wij in de morgen Santo Domingo nog even willen bezoeken en ook even willen uitslapen ... Om 22 u in bed en eruit om 8.20. Dat denken wij toch want wij beseffen niet dat wij overgeschakeld zijn op zomeruur! Een en ander heeft wel als positief gevolg dat wij tien uur geslapen hebben en toch nog om 7.30 (zomeruur) een desayunobar helpen openen.

Op onze stadswandeling komen wij nog maar eens Anna en Janet tegen, twee Amerikaanse Compostelavaarders die al enige dagen onze wegen kruisen. Zij ontweken ook de albergue en plannen een hele dag San Domingo. Wij sluiten het flaneren door de stad af met een bezoek aan het Convento de San Francisco waar alle trekwagens met levensgrote historiestukken voor de Semana Santa al in slagorde gereed staan. Bij het laatste avondmaal lijdt het geen enkele twijfel wie de verraderlijke slechterik is.



Als wij daarna onze kamer gaan ontruimen zien wij dat wij - door nog een kwartiertje te wachten - de start van de Palmzondagstoet toch nog kunnen meepikken. Die start om 12.30 en voorlopig is alleen de Paasezel van de partij, maar de 'trompetas y tambores' van de Cofradía de la Santa Vera Cruz maken er een kleurrijk geheel van.



En dan vlug op weg want idealiter zouden wij nog 14,5 kilometer moeten halen tot Viloria de Rioja. Dat zal ons niet meer lukken: wij haken twee kilometer ervoor af in Castildelgado waar wij onderdak vinden in een hotelletje voor routiers. Onderweg aten wij op het terras van een gemeenschapscafeetje in Grañon een heerlijke broodmaaltijd: enige grote Spaanse mosselen met een sausje van paprika en tomaat, een kommetje groene olijven, het geheel verrijkt met een stuk Spaanse droogsaucisse zoals wij die altijd in voorraad hebben.

Intussen stapten wij ook weg uit La Rioja om de provincie Burgos in te stappen. Bij de grens meet Rozemie haar schoenen even met die van een andere pelgrim. Deze laatste is nu alvast in Compostela, zo niet in Fisterra. En als zij hem niet hebben kunnen stoppen nadert hij waarschijnlijk de Bermudadriehoek.


Zaterdag 28 maart 2015, dag 26, Nájera - Santo Domingo de la Calzada 21 km

Eerst en vooral nog melding maken van een tot op heden unieke ontmoeting gisteren. 'Un perro-peregrino'. Onderweg van Zaragoza naar Santiago! Het dagtraject van het hondje gisteren bedroeg 41 km. Zijn baasjes hadden aan hun fiets wel een bezemwagentje hangen, maar het blijft toch een beklijvende ontmoeting.

Vandaag opgestaan in een nog ochtendfris, maar zonovergoten Nájera. Halfweg de helling buiten het stadje zetten wij ons al in zomertenue. Ivan en Lieve die hier gisteren al voorbijkwamen, hebben het op hun blog dan ook over 'een nijdige klim tussen rotsen van rode zandsteen'. Bovenop de Alto de Nájera lezen wij dat wij nog zo een 580 kilometer voor de boeg hebben. Vanavond wordt dat dus rond de 560, voor ons een belangrijk getal. Zo veel kilometer legden wij vorig jaar af tussen Orléans en Bordeaux. Compostela bereiken wordt dus een haalbare kaart.








In Azofra leren wij dat 'supermercado' een heel relatief begrip is. Wij genieten van de (verraderlijke) zon, maar zijn het zo te zien ontwend om onze watervoorraad op peil te houden. Voor Cirueña zal een golfclub ons voor de
tweede maal op onze Compostelavaart van de deshydratatie redden. In Frankrijk was het ooit die van de Haut Poitou, nu die van de Rioja Alta. Zij hadden er ook handige karretjes om met je rugzak rond te rijden, maar die mochten het terrein niet verlaten. Dat vonden wij wat jammer.









De hele dag hebben wij zicht op de besneeuwde toppen van de Sierra de la Demanda, het wintersportgebied van La Rioja. De culturen zijn wel gewijzigd. Geen wijngaarden meer, geen olijfbomen. Wel grote velden met graanteelt.

Ondertussen naderen wij ons einddoel voor vandaag: Santo Domingo de la Calzada. Niets te maken met de dominicanen (of hun stichter) zoals wij aanvankelijk dachten, noch met geschoeide of ongeschoeide paters. Calzada staat hier voor steenweg en Dominicus was een kluizenaar die door de aanleg van een brug over de Ebro en de bouw van een pelgrimshospitaal de bedevaart wat makkelijker wou maken. Bovendien schreef hij nog een wonder op zijn naam (wie het hele relaas wil kennen moet maar eens googelen op 'wonder van Calzada') met als gevolg dat sinds de middeleeuwen een haan en een hen in de Catedral de Santo Domingo verblijven. Wij hebben nog net de tijd de kerk te bezoeken Haan en hen zitten in het wat overbelichte raam boven het portaal. Naast de haan en de hen is er ook een schitterend grafmonument van San Domingo in albast.





Als nachtverblijf  zien wij een dormitorio met 26 bedden niet direct zitten en wij vinden een pensionnetje vlak bij het centrum. Een parador was een andere mogelijkheid geweest :-) . Er zijn er zelfs twee!







vrijdag 27 maart 2015

Vrijdag 27 maart 2015, dag 25, Navarette - Nájera 18,5 km


's Morgens schijnt de zon op de kerktoren van Navarette. Alvast een hoopvol teken. Het blijft dan ook droog, maar een nog altijd strakke wind houdt het koel. Wij ontbijten met Lieve en Yvan uit Geraardsbergen/Gent. Wij blijken alvast vijf gemeenschappelijke vrienden/kennissen te hebben. Twee uit Pollare en drie uit de groep van Albert-Ieper.  Het zijn ook uitstekende mensenkenners. Na onze ampele kennismaking hebben zij door dat Rozemie 'uit het onderwijs komt'. Georges:  :-) .  Vanavond zullen wij ze niet zien want wij stoppen in Nájera terwijl zij nog bijna 6 km doorgaan tot Azofra.

De dagtrip begint met een zachte klim van 8 km naar Ventosa. Het dorpje wil zich absoluut op de Compostelakaart zetten, onder andere met een kunstkilometer, vol ontwerpen van kunstenaars van eigen bodem of elders, maar ook van pelgrims-kunstenaars. Na een korte klim naar de Alto de San Antón (715 m) hebben  wij een schitterend uitzicht over de wijngaarden van La Rioja. Machtig mooi!



Het binnenstappen van Nájera gaat via de Poligono industrial met bijhorende woonkazernes, maar het stadje zelf is best gezellig. Wij hebben nog de tijd om het Monasterio de Santa Maria la Real te bezoeken. Er is veel verdwenen, maar wat rest is nog zonder meer verbluffend. De kerk heeft een erg Spaans retabelaltaar. Het klooster is even groots als mooi. En de toegang tot het klooster gaat via een poort, geschonken door 'onze' Karel V (de Spanjaarden hebben het over Carlos I).

Slapen in een privéalbergue waar we heel wat medebedevaarders (her)ontmoeten. En het weer morgen zou terug wat beter moeten zijn.


donderdag 26 maart 2015

Donderdag 26 maart 2015, dag 24, Viana - Navarette 22,5 km

's Morgens ligt Viana er nog kil bij. Vandaag zal het wel voor 95 % droog blijven, maar de zon raakt nog niet door de wolken en een snijdende wind maakt het allerminst aangenaam.  In de voormiddag loopt onze Australische voor ons uit. Wij ontmoetten haar gisteren. Na het afhaken van haar reisgenote doet zij alleen de camino van Saint-Jean-de-Port naar Santiago. Zij is gisteravond - blijkbaar totaal ten einde kracht - in de albergue binnengebracht, maar zo te zien voldoende gerecupereerd om haar camino verder te zetten. Gelukkig opteerde zij voor een formule waarbij haar bagage wordt nagebracht.


De weg naar Logroño is niet zo bijzonder: veel industrie en autowegen. De opschriften op muren en langs de wegen geven wel stof tot nadenken. Het binnenstappen in Logroño is dan weer mooi. De Ebropromenade staat vol met verwijzingen naar de camino en bij de brug wacht ons een heus informatiekantoor over de stad en de camino in La Rioja want die streek zijn wij intussen binnengestapt. Adieu Navarra!

Logroño is eigenlijk nog aan het ontwaken, maar ons zal vooral de Iglesia de Santiago el Real bijblijven. Boven het portaal een meer dan levensgrote Jacobus Matamoros in ware reconquistastijl. Aan zijn voeten liggen de Morenhoofden. Bart De Wever kan hier nog wat leren! In de sacristie krijgen wij een stempel met de Matamoros erop. En in een even verderop gelegen bar krijgen wij voor € 5 twee opgewarmde bocadillo's en twee cafés con leche. Het huis geeft er bovenop nog een vers geperst fruitsapje met enige stukjes vers fruit erin.

En dan op weg naar Navarrete. De gemeentelijke albergue is het beste wat wij op dat vlak al zagen. Schitterende calefacción. Goed uitgeruste keuken. Goedkope wasmachine. Warm onthaal door hospitalero Georges, een Fransman uit de buurt van Lourdes met zware sympathie voor Belgen (zeker als zij dan nog een woordje Frans speken). Door omstandigheden een gans verdiep voor ons met wc en douche op de kamer. Enig minpunt: geen WIFI.

Maar dat compenseren wij op restaurant. Van daar hebben wij ook nog een schitterend zicht op de dorpskerk van Navarette. Heel rustgevend. En de albergue ligt op 100 meter.



woensdag 25 maart 2015

Woensdag 25 maart 2015, dag 23, Los Arcos - Viana 18,5 km

Vannacht voor de eerste keer in een refuge geslapen die een gemeenschapsgevoel geeft. Met vijf in een slaapzaal, van uiteenlopende pluimage. De bovenverdiepingen van de stapelbedden zijn gelukkig nog niet bezet zodat die als 'legplank' kunnen dienen. Deayuno tussen 7.00 en 7.45. Om 8.30 klinkt een brandalarm als signaal dat iedereen de refuge moet verlaten.

Bij het buitenstappen van Los Arcos krijgen wij een bui van smeltende sneeuw over ons heen. Voor de rest van de dag blijft het zwaar bevolkt en ronduit koud (zelfs voor de tijd van het jaar). Zoals de vorige dagen al het geval was zien wij regelmatig een olijfboomgaard(je) en wijngaarden. Wij zijn dan ook op weg naar Logroño, hoofdplaats van La Rioja.


Afgezien van andere humor langs de camino laten wij ook een gratis refuge aan ons voorbijgaan en stappen door naar Viana. Prins(es) van Viana was als titel voorbehouden voor de troonopvolger van Navarra. Voor de kerk ligt de even beroemde als beruchte Cesare Borgia begraven. In de kerk zullen een tiental
vrijwilligsters absoluut niet ingetogen bakkeleien hoe zij de kerk zullen kuisen.


Als wij Viana al zien liggen krijgen wij nog een volwassen hagelstorm over ons heen. Dat had ons bespaard mogen blijven! Gelukkig is de calefacción in de Albergue Izar meer dan behoorlijk. Toch besluit Rozemie om nu toch maar een warme pijama te kopen. Het is hier in het land van de Sint kouder dan thuis.  Wij ontmoeten in de albergue een Gents koppel, afkomstig van Geraardsbergen en leden van de Padstappers. Zij hebben ook een blog: 'www.bloggen.be/camino_lieve_ivan'. Hun timing en planning loopt wat gelijk met de onze. Wij zullen ze dus nog wel ontmoeten de komende dagen.

Onderweg hadden wij ook al een Australische Compostelavaardster ontmoet, maar daarover een andere keer meer. Voor morgen de 9 á 10 kilometer naar Logrońo, stadsbezoek en dan verder naar Navarrete.



dinsdag 24 maart 2015

Dinsdag 24 maart 2015, dag 22, Estella - Los Arcos 22 km

Deze morgen is alles droog! Rozemie vertrekt met de moed in de schoenen want de weersvoorspellingen zijn slecht en zij vreest voor opnieuw een zeer modderig parcours, maar het zal nog meevallen. Het is absoluut niet warm en de hemel is zwaarbewolkt, maar de neerslag blijft gelukkig beperkt tot het minimum. Wat een verschil met gisteren. Wij verlaten Estella via de San Pedrokerk. Prachtig portaal, maar de kerk is dicht. Dat zal voor een andere keer zijn.

Even buiten Estella komen wij langs het Monasterio de Irache met de beroemde wijnfontein. Het proeven laten wij aan anderen op dit ochtendlijke uur. Wij willen niet in de voetsporen treden van de deelnemers aan de Dodenmars van Bornem die ter hoogte van de Duvel hun poging moeten opgeven.

Villamayor de Monjardin heeft dan wel een mooie naam en een prachtige kerktoren, maar alle dienstverlening is ook hier weer gesloten. Gelukkig vinden wij enige kilometers verder wél een bar open, waar iets te eten valt.

En dan weer op weg langs die typische Compostelawegen. Kilometers ver zie je ze vóór je uitslingeren. Tot in Los Arcos. De albergue Isaac Santiago wordt er opengehouden door Vlamingen van het Compostelagenootschap, maar nog niet in deze periode van het jaar. Wij wijken dus op raad van Riet noodgedwongen uit naar de Oostenrijkse collega's die er de Albergue de Fuente Casa de Austria openhouden. Als zij horen dat wij uit hun voormalige Oostenrijkse Nederlanden komen zijn wij meer dan welkom.



Maandag 23 maart 2015, dag 21, Puente la Reina - Estella 22 km

Rozemie hoort 's nachts de regen met bakken uit de hemel vallen en wij denken 'wat er nu uitvalt kan er morgen niet meer uitvallen'. Maar de weersvoorspellingen geven 100 % kans op regen en dat wordt volledig bewaarheid. Het regent nu eens wat meer, dan eens wat minder, maar het regent de ganse dag.








Deze 23 maart 2015 lijkt als twee druppels water (!) op pinksterzondag van 2013 (zie 19 mei 2013). Toen moesten wij ons behelpen met een afgedankte lavoir als eetplaats. Nu kunnen wij om 10 u nog een koffie drinken, maar daarna blijken alle albergues en winkels potdicht. Pas in de late namiddag en op 3 kilometer van onze eindbestemming bakt een albergista een tortilla voor ons.








Op het toerismebureau leren wij dat wij 'mojada' zijn, drijfnat. Estella moet een mooi stadje zijn maar voorlopig hebben wij daar geen boodschap aan. Misschien morgen? Wij belanden uiteindelijk in een **** hotel aan pelgrimsprijs :-) . Morgen zal alles dan toch weer droog zijn. Op het nieuws 's avonds zien wij dat de enorme regen- en sneeuwval in Spanje hot news zijn. Wij begrijpen nu ook van waar die ondergesneeuwde 4x4 deze morgen in Puente la Reina vandaan kwam. En voor de rest laten wij de foto's spreken.







maandag 23 maart 2015

Zondag 22 maart 2015, dag 20, Cizur menor - Puente la Reina 19,2 km


Gisteravond belandden wij in de albergue van madam Mirabel. Kassa, kassa. Al ooit 40 eurocent betaald voor 5 cl olijfolie?   Deze morgen moeten wij over een afstand van zo een 9 km 220 m stijgen naar de Alto del Perdón (770 m). Van bij het vertek zien wij de gelijknamige Sierra al liggen, maar de toppen liggen onder de mist. Voor het eerst echt een caminogevoel. Wij lopen niet meer alleen op de weg, maar voor en achter ons zien wij anderen ook de slingerende paden volgen. Het is zeker niet de 'piedostrade' die het hier in de zomermaanden moet zijn, maar het geeft een fijn gevoel. Velen steken ons voorbij, want onze snelheid ligt beneden het Compostelagemiddelde ... Ter verontschuldiging: onze leeftijd ligt dan weer boven dat gemiddelde. En wij blijven ook staan bij alles wat ons interesseert.

Vóór het bereiken van de Perdón een korte halte in een lokale herberg waar de vier autochtonen bedolven zijn onder stapels rugzakken en Compostelavaarders. De naam van het dorpje is zowel in het Baskisch als in het Spaans niet te doen:  Zariquiegui/Zarikiegi. Geef toe. Wij nemen er wel een foto ter attentie van Bea en Luc.




Het laatste stuk naar de Perdón, die gemarkeerd wordt door een eindeloze rij van windmolens, verloopt in ijskoude mist en heuse rukwinden, maar de beloning is dan ook immens. Bovenop de sierra kruist sinds 1996 een groep bedevaarders, door Vicente Galbete ontworpen, het lint van windmolens. Een tekst geeft aan dat 'hier de weg van de wind die van de sterren kruist'. Mist en felle wind maken het geheel nog impressionanter.



De afdaling is - vooral de eerste kilometers - steil en de grote rolkeien maken het er niet gemakkelijker op. Bovendien begint het te regenen wat het de rest van de dag zal blijven doen. In Puente la Reina waar de Camino Aragonés zich als laatste grote Compostelaweg aansluit bij de uit Frankrijk komende wegen, wordt de eerste refuge opengehouden door de Padres Reparadores. Rozemie heeft hier geen vertrouwen in, vooral op het vlak van de 'calefacción'. Bovendien zouden de Reparadores banden hebben met de Afinadores, wat helemaal de deur dicht doet. Kortom: wij verblijven in Albergue Fuente. En hopen voor morgen op opklaringen!




zaterdag 21 maart 2015

Zaterdag 21 maart 2015, dag 19, Villava - Pamplona - Cizur menor 8,3 km

Vandaag een rustige dag gepland met stadsbezoek Pamplona. Eerst zoeken wij even de albergue op die wij eigenlijk voor de afgelopen nacht voor ogen hadden. Die ligt amper 500 m verder, ook langs de oever van de Ultzama. Een eigenaardige toestand: in Villava een gemeentelijke albergue en even verderop een parochiale/kerkelijke in Trinidad. Men zou zich in Pollare wanen waar het parochiaal ontmoetingscentrum en het gemeentelijk buurthuis elkaar ook flankeren.

Bij het buitenstappen van Villava wenst een man ons vol enthousiasme 'buen camino'. Je voelt zo dat hij een babbeltje wel ziet zitten. Hij is 87, maar vertelt dat hij als 70-jarige ook de camino deed van León tot Santiago. Pamplona is de eerste grote(re) stad die wij niet langs verloederde stadswijken moeten binnenstappen. Ook bij het buitenstappen 's avonds zullen wij die niet zien. Van ver zien wij de Catedral Santa Maria la Real op de stadsheuvel liggen. Het gebouw zelf met het aansluitende klooster is eerder monumentaal dan echt mooi, maar de kunstschatten en dan vooral het grafmausoleum van de koningen van Navarra lonen het bezoek. In de kathedraal ontmoeting met een sympathiek Nederlands koppel, wonende in Almere maar van Maastrichtse komaf. Wij komen ze later in de stad nog tegen. Pamplona overspoelt je ook direct met de sfeer van de Camino. Overal winkeltjes met Caminospullen, maar ook schelpen in voet-en fietspaden als bewegwijzering., pelgrimmenu's, ...



Na een lekker middagmaal een wandeling langs de mooi bewaarde stadsversterkingen en langs een paar kleinere kerken (jammer genoeg potdicht in de namiddag naar goede Spaanse gewoonte). Onderweg komen wij ook langs het parcours van de Encierro, de wereldwijd beroemde/beruchte stierenloop. Gelukkig vroegen wij San Fermin in de kathedraal de beesten vandaag  binnen te houden. Afsluiten met een bezoek aan het Museo de Navarra.

Wanneer wij om halfzes Pamplona willen verlaten moeten wij ons en onze rugzak in regentenue steken. Voor de eerste keer sinds ons vertrek in Bordeaux. Anderhalf uur later staan wij aan de privé-albergue van Cizur menor, een klein dorpje met een - zo te zien - heel mooi kerkje. Morgen vóór ons vertrek zeker nog even te bekijken. In de albergue nog twee Argentijnse, maar in Tarragona levende fietspelgrims

Vrijdag 20 maart 2015, dag 18, Puerto de Belate - Villava (Pamplona) 29 km

Mist. Mist. Mist. Op aanraden van onze hotelhoudster keren wij niet op onze stappen terug om bij de Ermita Santiago de 'echte' route terug op te zoeken. Dat zou te gevaarlijk zijn. Wij blijven de oude carretera uit Frankrijk richting Pamplona volgen. Zo missen wij wel een en ander (o.a. de Sint-Cornelius- en Sint-Cyprianus kerk in Lantz, iets wat wij als inwoners van Groot-Ninove alleen kunnen betreuren), maar ter compensatie krijgt Rozemie eindelijk haar lang verwachte herten te zien. Van in de Landes speurde zij al rond en nu steken er zo maar even acht voor onze ogen de steenweg over. De gekozen route heeft verder het voordeel dat wij snel vooruitgaan. Nog vóór de middag zijn wij in Olaguë (10,6 km), waar wij onze boterhammen kunnen opeten in een pas vijf dagen geopend gemeenschapscafé.




De 14,1 km tot Sorauren lopen grotendeels door weiden en bossen. Wij volgen weer getrouw de 'flechas amarillas'. Het openen van portillo's kent voor ons geen geheimen meer. Vooral het tweede stuk zal ons bijblijven. Door buxusbossen (!) en over slijkerige wegen, het Pajottenland waardig. Op een bepaald moment heeft een mini-aardverschuiving een deel van ons wegpad weggespoeld. Met wat klauterwerk raken wij er voorbij, maar Georges speelt in de dikke laag modder wel een stuk van een wandelstok kwijt. Het opkuisen van wandelschoenen en -stokken, van rugzak en jas doet ons denken aan de Ieperiaanse klei van de Heirbaan 107.

Even na vijf uur in Sorauren aangekomen blijkt daar niet direct slaapaccommodatie te zijn. Omdat de resterende 6,3 km tot de voorsteden van Pamplona over verharde wegen en langs de Ultzamarivier lopen besluiten wij er die nog maar bij te nemen. Bij het binnenstappen van Arre denken wij even dat de lokale fanfare ons staat op te wachten. Blijkt het te gaan om de 19de editie van de Korrika, een tweejaarlijkse estafetteloop door de steden en dorpen van het historische Baskenland (noord en zuid, en niet ...). De estafetteloop duurt een tweetal weken, gaat dag en nacht door en wordt begeleid door fanfaremuziek. Het sponsorgeld dat de honderdduizenden deelnemers ophalen, wordt gebruikt voor het bevorderen van de Baskiche taal. Alles baadt in een sfeer van Baskische kermis!


Uiteindelijk belanden wij dan nog in een verkeerde albergue. Wij missen de meer 'historische' albergue van Trinidad (Arre) en belanden in die van Villava. Terug als enige bewoners.

donderdag 19 maart 2015

Donderdag 19 maart 2015, dag 17, Ziga/Ciga - Puerto de Belate 13,3 km

Het heeft vannacht geregend. In de loop van de dag blijft het wel droog. Alhoewel het lenteweer van de eerste week weg is, hebben wij omzeggens geen neerslag gezien sinds Bordeaux. Vandaag weer een zware dag.  Dinsdag (eergisteren) stapten wij de Baztanvallei binnen langs de pas van Otsondo/Otxondo. Vandaag gaan wij ze terug verlaten via de pas van Belate. De eerste drie kilometer zijn nog vlak en leiden ons naar Berroeta, weer een mooi Baztandorpje. Onder het gemeentedorpje lezen wij (nog maar eens): 'Euzkara bizi gara'. Dat blijkt de Baskische variant te zijn van 'Hier spreekt men Nederlands'. Wij hebben aan meer dan één Bask al moeten 'dankuwel' of 'goeiedag' voorzeggen. Zij vinden het hoffelijk van andere Vlamingen in de toekomst minstens een woordje in hun taal te kunnen zeggen ...



Dan op weg naar de puerto (col) de Belate. Minder steil dan de weg van eergisteren, maar over een tiental kilometer brengt hij ons wel van 300 m naar een hoogte van 911 m. En dat bijna allemaal over bospaden.


Op een bepaald moment dromen wij er van de bijkomende 6 km tot Lantz nog te kunnen halen, maar de opkomende mist, koude en duisternis houden ons met de voeten op de grond. Onder de beschutting van de bomen staan de wilde narcissen dan wel in volle bloei, maar langs de weg staat Rozemie (tot haar eigen verbazing nog wel in t-shirt) langs de resten van de wintersneeuw. Wij stranden in een hotel in the middle  of nowhere even voorbij de pas van Belate.

De Baztanvallei hebben wij gezien en zij was prachtig. Morgen plannen wij een flinke stapdag. De Pyreneeëncols liggen definitief achter ons!  Zien of wij onze dagetappes terug tot 20 km of iets meer kunnen opdrijven. Zaterdag hopen wij dan in de vroege namiddag Pamplona te bereiken en de nodige tijd over te hebben voor een stadsbezoek.